Het kasteel werd tussen de 11de en de 14de eeuw gebouwd op de grondvesten van een Romeins castellum en een Karolingisch refugium. Het versterkte paleis draagt de stempel van de familie Hohenstaufen en is een van de grootste residenties van de romaanse en gotische periode.
Tot in de 15de eeuw was het kasteel de woonplaats van de machtige graven van Vianden, die zich beroemden op hun verhoudingen met het Duitse keizerlijke hof. De belangrijkste graaf, Hendrik I (1220-1250), was getrouwd met een bloedverwante van de Capetingers, dus van de koningin van Frankrijk. In 1890 kwam het slot in handen van Groothertog Adolf, van de oudere tak van het huis Nassau, en het bleef in het bezit van de groothertogelijke familie. In 1977 werd het kasteel staatsbezit en werd het hersteld in zijn vroegere pracht en praal. Het kasteel is nu een van de belangrijkste monumenten van Europa.